Sittard-Geleen wint, Moerdijk wordt derde.

Woensdagavond 8 december werd in het Zalmhuis in Capelle aan de IJssel de ‘Groene Parel Award’ uitgereikt. Voor deze prestigieuze prijs op het gebied van innovatieve initiatieven op het gebied van duurzaamheid en klimaat waren oorspronkelijk zestig projecten genomineerd. Vogelwijk Energiek schopte het tot de laatste drie!

Tijdens de feestelijke finale kwamen veel deskundigen uit de wetenschap en het bedrijfsleven aan het woord over de kansen voor een ‘groene doorbraak’. De algemene teneur was dat er van de rijksoverheid voorlopig niet veel te verwachten valt, maar dat dat lagere overheden, het bedrijfsleven en de burgers niet weerhoudt om zelf initiatieven te nemen om tot een duurzame samenleving te komen, gebaseerd op gesloten kringlopen. ‘Afval’ bestaat niet, het kan altijd weer gezien worden als grondstof voor een ander productieproces.

Een boeiend voorbeeld is het Energyweb in Moerdijk. Hier wordt de warmte en de CO2 die vrijkomt bij het vergisten van keukenafval gebruikt voor verwarming en de tuinbouw.

Vogelwijk Energiek was het enige initiatief dat geheel was voortgekomen uit een initiatief van een voor de bewoners van een wijk zelf. We oogsten vooral daarom veel waardering bij de jury. Er bleek zelfs een herstemming nodig te zijn om de eindwinnaar aan te wijzen!

De eindwinnaar werd uiteindelijk de gemeente Sittard-Geleen met het project ‘Energieteams in de buurt’. In dit project leggen mensen die oorspronkelijk van een uitkering afhankelijk waren eenvoudige energiebesparende voorzieningen aan in de woningen van mensen met een laag inkomen. Een mooi project en Vogelwijk Energiek feliciteert ze van harte met de Groene Parel Award!

De aanwezige leden van Vogelwijk Energiek – Jenneke Ringnalda, Paul Lohmann, Ed van Dijk, Phlip Boswinkel en Willem Minderhout – waren zeer te spreken over deze bijeenkomst. Niet alleen was het een hele eer om tot de laatste drie te zijn doorgedrongen, het was vooral een inspirerende ‘netwerk bijeenkomst’ waar we veel nieuwe ideeën en contacten hebben opgedaan.

Willem Minderhout

Meer informatie op de website van het Blomberg Instituut